Lokhorststraat 18, 20 en 22
De panden Lokhorststraat 18, 20 en 22 liggen in het alleroudste deel van Leiden. In het rijksmonumentenregister staat bij alle drie de panden “midden 18e eeuw”, maar hun oorsprong is veel ouder. Ze vormden in 1973 de directe aanleiding voor de oprichting van de Stichting Diogenes Leiden.
De plaats van de huidige panden aan de Lokhorststraat maakte tot 1599 deel uit van de rectorswoning van de aangrenzende Latijnse School. Na de bouw van de nieuwe school zoals wij die kennen werden de oude rectorswoning en de huizen op de hoek van de Lokhorststraat en de Pieterskerkgracht door het stadsbestuur te koop aangeboden. Op de kaart hierboven uit 1599 staat onderaan “De grote Schole“, rechts “De Lochhorst Strate” en rechts “St Pieterskercgraft“. De te verkopen percelen werden aangeduid met de letters A tot en met G. Op de kaart is te zien dat een deel van de grond van de voormalige rectorswoning bij de school was getrokken om daar een gang en een trappenhuis te kunnen maken.
Op perceel A zijn na de verkoop de panden gebouwd die nu Lokhorststraat 18 en 20 heten. Op perceel B/C stonden vermoedelijk twee kleinere huizen die in 1599 door de nieuwe eigenaar verbouwd zijn tot wat nu Lokhorststraat 22 heet. Hij kreeg in 1599 een subsidie voor het vervangen van het rieten dak door dakpannen. Tussen de letters B en C staat op de kaart “Dees 2 pertijen zijn gecoft bij Esdron van Vlaenderen“.
Na de verkoop van de panden aan de Lokhorststraat ontstond een situatie die tot na het midden van de negentiende eeuw gehandhaafd bleef.
Op dit fragment uit de ‘Nieuwe Kaart der Stad Leiden’ van W.J. van Campen uit 1850 is de plaats van de drie panden met rood aangegeven.
Rechts van Lokhorststraat 22 is een klein pandje te zien dat bij de invoering van de huidige huisnummering in 1871 het huisnummer 24 kreeg. Rechts daarvan staan de huizen van de Pieterskerkgracht.
Links van Lokhorststraat 18 staat de Latijnse School, die inmiddels de naam gymnasium had gekregen. Met ‘Den IJk’ werd het ijkkantoor bedoeld dat in het achterste deel van de Latijnse School was ondergebracht.
Deze foto van de Lokhorststraat, gezien vanaf het Gerecht, moet gemaakt zijn omstreeks 1880-1885.
Vanaf links is eerst een stukje van de toegangspoort van de Latijnse School te zien, met daarnaast Lokhorststraat 18 (een deur en een raam breed).
Daarna, met de houten onderpui, Lokhorststraat 20, waar een aardappelhandel gevestigd was. Hendrik de Nie junior (1861-1943) verkocht daar tussen 1885 en 1896 behalve aardappelen ook piano’s.
Lokhorststraat 22 heeft op de begane grond achtereenvolgens twee ramen, een deur en een raam en daarboven drie ramen. Uit twee ervan kijkt iemand nieuwsgierig naar buiten. In dat pand was de smederij gevestigd van Hendrik de Nie senior (1830-1897). Hij was de man met de platte pet achter de kar waar zijn naam op staat.
Daarna komt Lokhorststraat 24 met op de begane grond een raam en een deur, en daarna de zijgevel van het hoekpand Pieterskerkgracht 15.
Deze foto van de Lokhorststraat gezien vanaf de Pieterskerkgracht stamt uit ongeveer dezelfde tijd.
Rechts is de winkeldeur van Pieterskerkgracht 15 te zien. Daar was de ‘vleeschhouwer’ P.J.W. van der Hart gevestigd. In het raam van Lokhorststraat 24 lijkt een grote plant te staan. Op de achtergrond is het Gravensteen zichtbaar.
Naast Pieterskerkgracht 15 stond sinds 1866 een groot gebouw van de gemeentelijke HBS. Nadat het gymnasium in 1883 een nieuw gebouw aan de Doezastraat had betrokken, nam de HBS ook een aantal lokalen in de Latijnse School in gebruik. De twee gebouwen grensden aan de achterkant aan elkaar. Later gebruikte ook de technische opleiding MSG een deel van beide gebouwen.
Na het vertrek van de HBS naar de Burggravenlaan in 1915 werd MSG de enige gebruiker van het oude HBS-gebouw en de Latijnse School. Ze kwamen in 1966 leeg te staan toen MSG naar de Dieperpoellaan verhuisde.
In 1897 kocht de gemeente de panden Lokhorststraat 20 en 22 via een veiling voor samen 4650 gulden. In 1907 werden ook Lokhorststraat 18 en 24 gekocht, deze keer ondershands, voor samen 5950 gulden. In beide gevallen was het argument voor de aankoop dat de panden nuttig zouden kunnen zijn voor een eventuele uitbreiding van de HBS. In afwachting daarvan werden de panden verhuurd aan particulieren. Ze werden vooral als opslagruimte gebruikt.
In 1951 en 1952 werd eerst Pieterskerkgracht 15 en daarna Lokhorststraat 24 afgebroken. Daardoor ontstond een gat op de hoek van de Pieterskerkgracht en de Lokhorststraat. De vrijgekomen ruimte werd onder andere gebruikt als fietsenstalling voor de leerlingen van MSG.
In het begin van de jaren 60 werd besloten om een nieuw cultureel centrum te bouwen op het terrein tussen Pieterskerkgracht, Lokhorststraat en Schoolsteeg. In verband daarmee besloot de gemeenteraad eind 1966 om het oude schoolgebouw en de panden Lokhorststraat 18, 20 en 22 te slopen.
De gemeente had al jarenlang niets aan de drie huizen gedaan. Ze waren daardoor onbewoonbaar geworden en stonden voor een deel zelfs op instorten. Het Rijk had ze echter in het begin van de jaren 60 op de voorlopige monumentenlijst geplaatst. Daarom was er toestemming van het Rijk nodig om ze te kunnen slopen.
Na het sloopbesluit van de gemeenteraad kwam er begin 1967 een tegenactie op gang van een aantal betrokken inwoners en organisaties. Over de ontwikkelingen in die tijd heeft Laurens Beijen een artikel geschreven in het Leids Jaarboekje 2019 van de Historische Vereniging Oud Leiden: Een open brief uit 1967, voorbode van een nieuw binnenstadsbeleid.
Bij het gemeentebestuur vonden de protesten eerst weinig gehoor, maar ze droegen er wel toe bij dat de minister de gevraagde toestemming weigerde en de panden op de monumentenlijst liet staan.
De sloop was daardoor van de baan, maar er was nog geen uitzicht op restauratie van de panden. Er volgde een jarenlange impasse. Ook de in 1971 opgerichte ‘N.V. Leidse Maatschappij tot Stadsherstel’ slaagde er niet in om een oplossing te vinden.
In februari 1973 werd de Stichting Diogenes Leiden opgericht. De eerste voorzitter was Bert Oosterman, een van de initiatiefnemers van de actie uit 1967. Diogenes slaagde erin om de panden te verwerven en vroeg de architect Taco Mulder om een restauratieplan te maken. Dankzij een goed gebruik van de beschikbare subsidiemogelijkheden kon Diogenes opdracht geven om de monumenten daadwerkelijk te restaureren. In 1975 werd de restauratie afgerond. In 1982 werd ook het buurpand Lokhorststraat 16, de historische Latijnse School, in opdracht van Diogenes gerestaureerd.
Het complex Lokhorststraat 18-22 omvat zes wooneenheden. Lokhorststraat 18 en 20 zijn zelfstandige woningen en Lokhorststraat 22 is verdeeld in vier appartementen.
Op de pagina Lokhorststraat 18 gerenoveerd staan foto’s van een ingrijpende verbouwing van Lokhorststraat 18 in 2016.
Foto’s van Lokhorststraat 20 zijn te zien op de pagina Lokhorststraat 20 in oktober 2020.
Foto’s van Lokhorststraat 22b zijn te zien op de pagina Lokhorststraat 22b in juni 2024.
Foto’s van Lokhorststraat 22c zijn te zien op de pagina Lokhorststraat 22c in februari 2021.